Cyberweerbaarheid is het vermogen van een organisatie om digitale dreigingen te weerstaan, zich eraan aan te passen en snel te herstellen zonder dat de kernprocessen worden verstoord.
In de zorg gaat het dan om meer dan systemen alleen: het raakt directe patiëntveiligheid, de continuïteit van behandelingen en het vertrouwen van miljoenen mensen. Bestuurders, specialisten en leveranciers zitten steeds vaker in dezelfde kwetsbare keten, waarin elk lek impact heeft.
De toenemende druk van wetgeving, reputatierisico’s en complexe aanvallen vraagt om gerichte keuzes, en die beginnen niet pas ná een incident.

1. Zorgsector als populair doelwit
Cyberaanvallen in de zorgsector nemen in frequentie én complexiteit toe. Medische data beveiliging staat onder druk nu ziekenhuizen en andere zorginstellingen steeds vaker doelwit zijn van geavanceerde aanvallen.
De aantrekkingskracht van deze sector is evident: verouderde IT-infrastructuren, complexe ketens en de beschikbaarheid van uiterst gevoelige persoonsgegevens vormen samen een aantrekkelijk speelveld voor cybercriminelen.
Informatiebeveiliging is hierdoor niet langer een IT-aangelegenheid, maar een kernonderdeel van risicobeheersing en bedrijfsvoering geworden.
Cyberaanvallen in de zorgsector resulteren niet alleen in datalekken, maar raken ook het primaire zorgproces. De afhankelijkheid van digitale systemen maakt instellingen kwetsbaar voor onderbrekingen en gijzelsoftware. Tegelijkertijd is de bereidheid om losgeld te betalen groter vanwege de directe impact op patiëntenzorg.
Cyberdreigingen binnen de gezondheidszorg ontwikkelen zich razendsnel, waarbij de focus van aanvallers verschuift van massale aanvallen naar gerichte infiltraties via leveranciers, e-mail en verouderde netwerken.
Toenemende cyberdreigingen voor de zorg
Hackers richten zich steeds vaker op ziekenhuizen vanwege hun beperkte weerbaarheid en de grote impact van verstoringen. De dreiging is niet langer hypothetisch, maar onderdeel van het dagelijkse risicoprofiel van zorgorganisaties. Daarbij worden verschillende aanvalsvectoren ingezet:
- Ransomware: De meest voorkomende aanvalsmethode. Netwerken worden gegijzeld, data versleuteld, en systemen onbruikbaar gemaakt.
- Phishingcampagnes: Gericht op medewerkers in administratieve en medische functies met beperkte beveiligingskennis.
- Supply chain attacks: Aanvallen via externe leveranciers of IT-dienstverleners met zwakkere beveiligingsmaatregelen.
- Exploits van legacy-systemen: Verouderde software zonder updates vormt een directe toegangspoort tot gevoelige informatie.
De inzet van geavanceerde malware en het gebruik van AI voor het automatiseren van aanvallen maken het voor veel zorginstellingen moeilijk om effectief te reageren. Tegelijkertijd groeit het aantal gerichte aanvallen op specifieke afdelingen, zoals radiologie of laboratoria, waarbij medische apparatuur direct wordt geraakt.
Waarom medische gegevens goud waard zijn
Medische dossiers bevatten een schat aan informatie die op de zwarte markt veel geld waard is. Denk aan identiteitsgegevens, medicatieoverzichten, behandelplannen, verslagen van psychologen en financiële informatie. In tegenstelling tot financiële gegevens kunnen deze data jarenlang worden misbruikt.
De waarde van een medisch dossier overstijgt die van een gestolen creditcard. Redenen hiervoor:
- Identiteitsfraude: Medische gegevens worden gebruikt voor het openen van rekeningen, aanvragen van leningen of het plegen van fraude bij verzekeraars.
- Afpersing: Gegevens over psychische aandoeningen, verslavingen of besmettelijke ziekten worden ingezet om slachtoffers of instellingen te chanteren.
- Verkoop aan commerciële partijen: In sommige gevallen worden gegevens doorgespeeld aan farmaceutische bedrijven of andere organisaties voor ongeoorloofde profiling.
De langdurige waarde van deze data maakt dat cybercriminelen gericht en systematisch op zoek gaan naar zwakke plekken binnen zorgnetwerken.
Recente incidenten als wake-up call
Er zijn talloze cyberincidenten in de zorg te noemen, die de ernst van het probleem tonen. Systemen dagenlang onbruikbaar, geplande operaties geannuleerd, patiënten doorverwezen, en vertrouwelijke gegevens op straat. Deze aanvallen zijn geen incidenten meer, maar patronen.
Recente aanvallen lieten zien dat:
- Back-ups vaak ontoegankelijk of verouderd zijn op het moment van een aanval.
- Interne detectie van verdachte activiteiten onvoldoende functioneert.
- Externe communicatie richting patiënten, media en toezichthouders vaak te laat of onsamenhangend verloopt.
De snelheid en effectiviteit van de response na een aanval bepaalt mede hoe zwaar de impact is. In veel gevallen ontbreekt een goed getest incidentresponsplan, waardoor de reactietijd oploopt en schade toeneemt.
Bedrijfscontinuïteit en reputatie op het spel
De impact van een cyberaanval op de zorgsector gaat verder dan het tijdelijke onbruikbaar maken van systemen. Het raakt de bedrijfscontinuïteit, patiëntveiligheid en het vertrouwen van het publiek. De combinatie van technologische afhankelijkheid en beperkte veerkracht maakt zorginstellingen bijzonder kwetsbaar.
De komende jaren zullen investeringen in medische data beveiliging en weerbaarheid bepalend zijn voor het voortbestaan van veel instellingen. Incidenten hebben directe financiële en organisatorische gevolgen, maar ook langdurige schade aan vertrouwen en imago.

2. Operationele verstoring en stilstand
De impact van een cyberaanval in de zorg reikt verder dan dataverlies of reputatieschade. Operationele verstoring legt het zorgproces deels of volledig stil, met directe gevolgen voor patiëntveiligheid en de continuïteit van zorgverlening.
De afhankelijkheid van digitale systemen, van EPD’s tot medische apparatuur, betekent dat zelfs een korte onderbreking ernstige gevolgen heeft. Bedrijfscontinuïteit in de zorg vereist daarom een andere benadering van beveiliging en voorbereiding dan in andere sectoren. De snelheid waarmee systemen moeten herstellen na een incident is van levensbelang.
Zorgproces stilstand en verstoring van zorgketens
Bij IT-storingen of ransomware-aanvallen komt de primaire zorgverlening direct onder druk te staan. In de praktijk betekent dit:
- Niet kunnen inloggen in patiëntendossiers.
- Geen toegang tot medicatieoverzichten of allergieën.
- Uitval van diagnostische apparatuur zoals röntgen- of MRI-systemen.
- Handmatig registreren en overdracht via papier, met verhoogd risico op fouten.
- Stilgelegde operaties of verplaatste spoedzorg.
Ook ondersteunende processen, zoals de communicatie met apotheken, laboratoria en andere ketenpartners, worden verstoord. Veel instellingen zijn onvoldoende voorbereid op dit type verstoring, vooral wanneer meerdere locaties of systemen tegelijk worden geraakt. De afhankelijkheid van gecentraliseerde infrastructuur vergroot de kwetsbaarheid.
Patiëntveiligheid en kwaliteit van zorg
Bij uitval van systemen ontstaat dan ook direct risico voor patiënten. Vooral bij spoedzorg, IC’s en oncologische trajecten kunnen minuten het verschil maken. Een cyberaanval is daarmee niet alleen een IT-crisis, maar een directe bedreiging voor de kwaliteit van zorg.
Gevolgen voor patiëntveiligheid bij systeemuitval:
- Medicatiefouten door gebrekkige toegang tot actuele informatie.
- Vertraging in diagnostiek of behandeling.
- Onjuiste triage bij spoedeisende hulp.
- Problemen bij overdracht tussen zorgprofessionals.
In een sector waar veilige zorg centraal staat, leidt iedere afwijking van het normale proces tot verhoogd risico. Het ontbreken van robuuste fallback-procedures en getrainde crisisteams maakt veel zorginstellingen extra kwetsbaar.
Financiële schade en herstelkosten
De directe kosten van een cyberaanval zijn aanzienlijk, maar het zijn vooral de indirecte en langdurige effecten die financieel zwaar wegen. Denk aan productiviteitsverlies, herstelkosten, boetes, juridische claims en inkomstenderving door afschaling van zorg.
Voorbeelden van kostenposten na een aanval:
- Herstel van IT-systemen, netwerken en beveiligingsinfrastructuur.
- Inhuur van externe experts, forensisch onderzoek en communicatieadviseurs.
- Opleiding en training na incident om herhaling te voorkomen.
- Boetes vanuit toezichthouders vanwege datalekken of niet-naleving.
- Claims van patiënten of zorgverzekeraars bij aantoonbare schade.
Een belangrijke constatering: instellingen zonder goed crisisplan zijn gemiddeld duurder uit. Tijdverlies in de eerste 24 uur na ontdekking zorgt vaak voor escalatie van schade. De financiële weerbaarheid van zorgorganisaties komt daardoor onder druk te staan, zeker in combinatie met stijgende zorgkosten en beperkte reserves.
Reputatieschade en verlies van vertrouwen
Naast de tastbare gevolgen veroorzaakt een aanval ook imagoschade. Patiënten, partners en toezichthouders verliezen vertrouwen in de zorginstelling als blijkt dat privacy of continuïteit niet gewaarborgd is. Reputatieschade kan jaren blijven doorwerken, met afname van instroom, verlies van samenwerkingen of zelfs personeelsproblemen als gevolg.
Oorzaken van vertrouwenserosie na een cyberincident:
- Onvoldoende communicatie over de impact van de aanval.
- Gebrek aan transparantie over beveiligingsmaatregelen.
- Onzekerheid bij patiënten over gegevensmisbruik.
- Negatieve media-aandacht met landelijke reikwijdte.
Herstel van vertrouwen vraagt meer dan technisch herstel. Bestuurders en communicatieafdelingen moeten actief sturen op transparantie en verantwoording. Vertrouwen komt te voet en gaat te paard: één incident kan jarenlange inspanningen tenietdoen.

3. Wettelijke kaders: van AVG tot NIS2
De zorgsector opereert binnen een steeds strakker juridisch kader op het gebied van informatiebeveiliging.
Wet- en regelgeving zoals de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) en de NIS2-richtlijn stellen expliciete eisen aan hoe organisaties omgaan met cyberdreigingen, privacy en de continuïteit van kritieke processen.
Instellingen zijn wettelijk verplicht om persoonsgegevens en netwerkbeveiliging structureel te beschermen, te monitoren en hierover verantwoording af te leggen. Niet voldoen aan deze normen kan leiden tot bestuurlijke boetes, juridische claims en reputatieschade.
Informatiebeveiliging wetgeving in de zorg wordt gekenmerkt door een combinatie van Europese kaders, nationale wetten en sectorspecifieke normen. Deze overlappen deels, maar zijn complementair en gezamenlijk bepalend voor het niveau van compliance en weerbaarheid.
AVG en WGBO als fundament voor privacybescherming
De AVG vormt het basisraamwerk voor de bescherming van persoonsgegevens, waaronder medische gegevens. In de zorg is daarnaast ook de Wet Geneeskundige Behandelingsovereenkomst (WGBO) van kracht. Deze wet verplicht zorgaanbieders tot een juiste en veilige omgang met patiëntgegevens, inclusief bewaartermijnen, inzagerechten en vertrouwelijkheid.
Belangrijke verplichtingen uit de AVG en WGBO:
- Beveiliging van persoonsgegevens volgens de stand van de techniek.
- Aantoonbaar beleid rondom dataminimalisatie, logging en toegangsbeheer.
- Transparantie richting patiënten over verwerking en doeleinden.
- Recht op inzage, correctie en verwijdering van gegevens.
- Verplichting tot melden van datalekken binnen 72 uur.
De AVG vereist een risicogerichte aanpak: de mate van beveiliging moet passen bij de gevoeligheid van de gegevens. Medische data valt onder de strengst beschermde categorieën.
Van Wbni naar Cyberbeveiligingswet (Cbw)
De huidige Wet beveiliging netwerk- en informatiesystemen (Wbni) geldt voor aanbieders van essentiële diensten, zoals sommige zorginstellingen en IT-dienstverleners. Deze wet verplicht organisaties tot het nemen van passende beveiligingsmaatregelen en het melden van incidenten bij het Nationaal Cyber Security Centrum (NCSC).
De komende tijd wordt de Wbni vervangen door de Cyberbeveiligingswet (Cbw). Deze nieuwe wet is de Nederlandse implementatie van de Europese NIS2-richtlijn en breidt de reikwijdte en eisen aanzienlijk uit.
Belangrijke veranderingen onder de Cbw:
- Meer zorginstellingen vallen onder toezicht, ook kleinere organisaties met een kritieke functie.
- Verplichte risicobeoordelingen, business continuity planning en technische audits.
- Zwaardere meldplichten voor incidenten met maatschappelijke impact.
- Aanscherping van toezicht en handhaving, inclusief directe aansprakelijkheid van bestuurders.
Waar de Wbni vooral reactief was, vereist de Cbw een proactieve en structurele aanpak van cyberrisico’s.
Wet weerbaarheid kritieke entiteiten (Wwke)
Naast de Cbw komt de Wet weerbaarheid kritieke entiteiten (Wwke). Deze richt zich op fysieke en digitale bescherming van vitale zorgdiensten, zoals ziekenhuizen met een acute functie. De Wwke verplicht tot:
- Beoordeling van afhankelijkheden en ketenrisico’s.
- Continuïteitsplanning en scenario-oefeningen.
- Rapportage over dreigingen en mitigatiemaatregelen.
De Wwke legt nadruk op coördinatie binnen sectoren en de overheid. Dit betekent dat zorginstellingen zich niet alleen moeten voorbereiden op interne risico’s, maar ook op verstoringen bij leveranciers of bij publieke infrastructuur zoals energie of internet.
NEN-normen: 7510, 7512 en 7513
Naast wetgeving gelden in de zorgsector ook normen die richting geven aan de praktische invulling van informatiebeveiliging. De belangrijkste zijn:
- NEN 7510: Richt zich op het opzetten, implementeren en verbeteren van een informatiebeveiligingsmanagementsysteem (ISMS). Gebaseerd op ISO 27001 maar toegespitst op zorg.
- NEN 7512: Beschrijft voorwaarden voor veilige communicatie van medische gegevens tussen zorgverleners.
- NEN 7513: Richt zich op logging en herleidbaarheid van toegang tot patiëntgegevens.
Deze normen zijn niet vrijblijvend. Zorgaanbieders dienen aantoonbaar conform NEN 7510 te werken om te voldoen aan contractuele en wettelijke verplichtingen, bijvoorbeeld binnen de Wkkgz of bij samenwerkingen met zorgverzekeraars.
Bestuurlijke verantwoordelijkheid en aansprakelijkheid
Met de introductie van de Cbw en NIS2 worden bestuurders persoonlijk (!) aansprakelijk gesteld bij ernstige nalatigheid in het cyberdomein. Dat betekent dat onvoldoende beveiligingsbeleid of falend toezicht kan leiden tot bestuurlijke sancties, boetes en zelfs civiele claims.
Bestuurlijke plichten omvatten onder andere:
- Goedkeuring van het informatiebeveiligingsbeleid op bestuursniveau.
- Periodieke evaluatie van risico’s en incidentrespons.
- Integratie van cyberrisico’s in governance, compliance en audit.
- Toezicht op leveranciersbeveiliging en dataverwerking buiten de organisatie.
Deze plichten zijn niet overdraagbaar. Delegatie naar IT-afdelingen ontslaat het bestuur niet van verantwoordelijkheid.
Ketenverplichtingen en leverancierscontracten
Veel gegevensstromen in de zorg lopen via externe partijen. Denk aan hosting, EPD-leveranciers, communicatieplatforms of laboratoriumdiensten. Wettelijk gezien blijft de zorgaanbieder verantwoordelijk voor deze verwerkingen, ook als deze zijn uitbesteed.
Verplichtingen richting leveranciers:
- Beveiligingseisen opnemen in contracten (bijv. ISO 27001 of NEN 7510-certificering).
- Toetsing van technische en organisatorische maatregelen (TOM’s).
- Verplichte DPIA’s bij uitbesteding van nieuwe dataverwerkingen.
- Exit-strategieën voor het beëindigen van samenwerking zonder verlies van data-integriteit of beschikbaarheid.
Toenemende druk vanuit toezichthouders maakt dat contractmanagement rond informatiebeveiliging steeds scherper moet worden ingericht.
Gevolgen van non-compliance
Het niet naleven van wettelijke verplichtingen heeft directe gevolgen. Toezichthouders als de Autoriteit Persoonsgegevens (AP) of het Agentschap Telecom (vanaf 2025 als toezichthouder onder de Cbw) kunnen boetes opleggen die oplopen tot miljoenen euro’s, afhankelijk van ernst en impact.
Mogelijke gevolgen:
- Dwangsommen en bestuurlijke boetes bij AVG-overtredingen.
- Meldplicht bij datalekken of systeemuitval, inclusief communicatie naar patiënten.
- Toezichtbezoeken, audits en aanwijzingen vanuit de toezichthouder.
- Schadeclaims vanuit patiënten of verzekeraars.
- Verlies van contracten of samenwerkingen bij structurele non-compliance.
Compliance gaat verder dan alleen ‘naleving’, het vraagt om actief leiderschap en bewuste keuzes. Organisaties moeten in staat zijn om de werking van beveiligingsmaatregelen en procedures in de praktijk aan te tonen, zeker na een incident.

4. Informatiebeveiliging is risicomanagement
Cyberrisico’s zijn structureel onderdeel geworden van het strategisch risicomanagement in de zorg. Informatiebeveiliging moet hierin niet worden gezien als een technisch aandachtspunt, maar als integraal onderdeel van de bedrijfsvoering.
De toename van gerichte aanvallen, ketenafhankelijkheden en veranderende wetgeving maken het noodzakelijk om beveiliging structureel te verankeren in governance, beleid en besluitvorming. Cyberrisico management in de zorg vereist een risicogestuurde aanpak, waarbij technische, organisatorische en juridische risico’s in samenhang worden beoordeeld.
De kwetsbaarheid van digitale processen en de impact op patiëntenzorg maken dat traditionele benaderingen van risicobeheersing tekortschieten. Bestuur, directie en interne toezichthouders moeten cybersecurity actief aansturen als bedrijfskritisch thema.
Risicomanagement en beveiligingsbeleid
Een volwassen risicomanagementproces vertaalt informatiebeveiliging naar concrete beheersmaatregelen op basis van risicoprofielen, impactscenario’s en dreigingsanalyses. Daarbij moet onderscheid worden gemaakt tussen interne risico’s (zoals medewerkersgedrag of verouderde software) en externe dreigingen (zoals ransomware of aanvallen via ketenpartners).
Kernactiviteiten binnen risicomanagement:
- Uitvoeren van risicoanalyses volgens erkende methodieken (zoals ISO 27005).
- Opstellen van risicoacceptatiecriteria in lijn met zorginhoudelijke doelen.
- Prioriteren van risico’s op basis van waarschijnlijkheid en impact op het zorgproces.
- Vastleggen van mitigerende maatregelen in een ISMS of control framework.
- Periodieke herbeoordeling van risico’s bij technologische of organisatorische veranderingen.
Een risico-inventarisatie beperkt zich niet tot IT-systemen. Ook zorgprocessen, menselijk gedrag en toeleveringsketens vallen onder het analysebereik.
Governance en de rol van het bestuur
De rol van het bestuur bij cyberrisico’s is bepalend voor de effectiviteit van het beveiligingsbeleid. Bestuurlijke betrokkenheid gaat verder dan goedkeuring van beleid; het vereist sturing, evaluatie en afrekenbaarheid op informatiebeveiliging binnen alle lagen van de organisatie.
Governance-aspecten die onder de bestuurlijke verantwoordelijkheid vallen:
- Formele toewijzing van verantwoordelijkheden voor informatiebeveiliging.
- Integratie van cyberrisico’s in de enterprise risk management (ERM) structuur.
- Bespreking van risico’s, incidenten en trends in bestuursvergaderingen.
- Inrichting van een functionerende audit- en compliancecyclus met onafhankelijke toetsing.
- Aansturing van security officers, privacy officers en IT-verantwoordelijken op prestatie en naleving.
De board moet begrijpen welke scenario’s de continuïteit bedreigen en welke maatregelen worden genomen om deze te beheersen. Daarbij is niet alleen bewustzijn, maar ook aantoonbaar leiderschap vereist.
Cyberverzekering: noodzaak en voorwaarden
Door de toenemende schade en complexiteit van cyberincidenten overwegen steeds meer zorgorganisaties een cyberverzekering. Deze kan ondersteuning bieden bij schadeafhandeling, juridische procedures, crisiscommunicatie en herstelkosten. Toch is verzekeren geen alternatief voor gebrekkige beveiliging: polissen stellen steeds strengere eisen aan preventie, detectie en herstelcapaciteit.
Voorwaarden en aandachtspunten bij het afsluiten van een cyberverzekering:
- Bewezen implementatie van informatiebeveiligingsbeleid en risicomanagement.
- Technische basismaatregelen zoals firewalls, encryptie, MFA en monitoring.
- Incidentresponsplan inclusief testscenario’s en verantwoordelijke rollen.
- Transparantie over eerdere incidenten, kwetsbaarheden of audits.
- Begrip van polisdekking: wat wordt wel en niet vergoed, en onder welke voorwaarden?
Verzekeraars voeren steeds vaker technische due diligence uit voordat dekking wordt verleend. In sommige gevallen wordt premieverhoging of afwijzing opgelegd bij onvoldoende maturiteit van het securitybeleid.
Incidentrespons en continuïteitsplanning
In een risicogestuurde aanpak mag een incidentresponsplan niet ontbreken. Het beschrijft wie wat doet bij een cyberincident, hoe communicatie verloopt en hoe systemen zo snel mogelijk weer operationeel worden. Zonder getrainde teams en duidelijke procedures is de kans groot dat vertraging optreedt, met meer schade als gevolg.
Essentiële elementen van een effectief plan:
- Heldere escalatieroutes en verantwoordelijkheden bij signalering van een incident.
- Communicatieprotocollen richting interne stakeholders, patiënten, media en toezichthouders.
- Prestatiescenario’s (ransomware, datalek, systeemuitval) met gerichte actieplannen.
- Integratie met het business continuity plan (BCP) en disaster recovery plan (DRP).
- Regelmatige tabletop-oefeningen en lessons learned analyses.
Informatiebeveiliging komt pas tot zijn recht als maatregelen ook in crisissituaties uitvoerbaar blijken. Een ongetest plan heeft weinig waarde als systemen plotseling uitvallen of privacygevoelige data op straat ligt.
Weerbaarheid als strategische investering
Zorgorganisaties die informatiebeveiliging verankeren in risicomanagement bouwen actief aan digitale weerbaarheid. Dit vraagt om structurele investeringen in technologie, beleid, opleiding en cultuur. Organisaties die dit nalaten, blijven afhankelijk van ad-hocoplossingen en zijn kwetsbaar voor steeds geavanceerdere aanvallen.
Voordelen van een risicogestuurde aanpak:
- Betere prioritering van beveiligingsmaatregelen op basis van daadwerkelijke dreigingen.
- Verhoogde transparantie richting bestuur, toezichthouders en verzekeraars.
- Snellere herstelcapaciteit bij incidenten.
- Lagere kans op juridische of financiële claims door aantoonbare zorgvuldigheid.
- Verhoogd vertrouwen bij patiënten, partners en ketenleveranciers.
In de zorg gaat risicobeheersing over meer dan systemen: het raakt de veiligheid van mensen.
Daarom is het essentieel dat informatiebeveiliging wordt gezien als een fundamenteel onderdeel van goed bestuur.

5. Voorkomen is beter dan genezen
Wachten tot het misgaat? Of proactief investeren in structurele weerbaarheid voordat schade onherstelbaar is.
Informatiebeveiliging is effectiever en kostenefficiënter wanneer preventie vooropstaat. Investeren in weerbaarheid vóórdat zich een incident voordoet, voorkomt stilstand, financiële schade en reputatieverlies. Toch blijven veel zorgorganisaties achter in hun proactieve aanpak.
Investeren in informatiebeveiliging in de zorg wordt vaak nog gezien als kostenpost, terwijl het in de praktijk een strategische investering is die rendement oplevert: in continuïteit, vertrouwen en veiligheid.
De balans tussen preventie en herstel verschuift langzaam, onder druk van incidenten, wetgeving en stijgende verzekeringspremies. Organisaties die nu investeren in preventie zijn op de lange termijn beter beschermd én wendbaarder bij nieuwe dreigingen.
ROI van cybersecurity
Investeringen in beveiliging leveren tastbare voordelen op, ook al zijn ze niet altijd direct zichtbaar in cijfers. De Return on Investment (ROI) van cybersecurity zit vooral in vermeden schade, lagere operationele risico’s en verhoogd vertrouwen van patiënten en ketenpartners.
Belangrijke opbrengsten:
- Minder kans op langdurige systeemuitval.
- Verkleining van risico op datalekken of boetes.
- Lagere verzekeringskosten door aantoonbare beveiligingsmaatregelen.
- Hogere efficiëntie door gestandaardiseerde processen en beleid.
- Snellere hersteltijd na een incident, met minder impact op zorgverlening.
De ROI wordt nog te vaak onderschat omdat organisaties onvoldoende inzicht hebben in hun kwetsbaarheden en de kosten van mogelijke incidenten. Een risicoanalyse gekoppeld aan een kosten-batenanalyse helpt bij het onderbouwen van beveiligingsbudgetten.
Budgetteren voor cyberweerbaarheid
Structureel investeren in informatiebeveiliging vereist een ander financieringsmodel. In plaats van ad-hoc aanpassingen of eenmalige projecten moet het onderdeel worden van de reguliere begrotingscyclus. Budgetteren betekent keuzes maken op basis van risico’s, wettelijke verplichtingen en strategische doelen.
Factoren die bepalen hoeveel en waarin geïnvesteerd moet worden:
- Grootte en complexiteit van de organisatie.
- Aantal en type verwerkte persoonsgegevens.
- Kritieke afhankelijkheden van IT-systemen en ketenpartners.
- Huidig volwassenheidsniveau van beveiligingsmaatregelen.
- Resultaten van interne audits of externe assessments.
Slim budgetteren betekent ook: voorkomen van overinvestering in dure tools die niet goed zijn ingebed. Niet technologie, maar implementatie bepaalt de effectiviteit.
Kosten en budget
Effectieve informatiebeveiliging vereist structurele middelen. Losse projecten of tijdelijke budgetten zijn niet voldoende om weerbaarheid op lange termijn op te bouwen. Een degelijk beveiligingsbudget maakt onderdeel uit van de reguliere jaarbegroting en wordt afgestemd op het risicoprofiel, de wettelijke verplichtingen en de ambities van de organisatie.
Een aantal factoren is bepalend voor de hoogte en verdeling van het budget:
- De complexiteit van de systemen en de mate van digitalisering.
- De hoeveelheid en gevoeligheid van verwerkte gegevens.
- De uitkomsten van recente audits of risicoanalyses.
- Verplichtingen vanuit wet- en regelgeving (zoals NIS2, AVG of NEN-normen).
- Verwachtingen van toezichthouders en ketenpartners.
Een gebalanceerd budget voorkomt overinvestering in dure technologie zonder draagvlak, en onderinvestering in essentiële processen zoals training of incidentrespons.
Securitycultuur begint bij de top
Technische maatregelen zijn slechts zo sterk als de organisatie die erachter staat. Een effectieve securitycultuur begint bij het bestuur en werkt door tot op de werkvloer. Het creëren van bewustzijn, verantwoordelijkheid en risicobesef is essentieel voor duurzame weerbaarheid.
Kenmerken van een sterke securitycultuur:
- Bestuur spreekt zich expliciet uit over het belang van informatiebeveiliging.
- Security is vast onderdeel van werkoverleggen en strategische planning.
- Medewerkers begrijpen hun rol in het voorkomen van incidenten.
- Incidenten worden gemeld zonder angst voor repercussies.
- Lerende organisatie: fouten worden geanalyseerd en omgezet in verbetermaatregelen.
Een volwassen cultuur draait niet om controle, maar om gedeelde verantwoordelijkheid. Dit vraagt continue aandacht, opleiding en voorbeeldgedrag van leidinggevenden.
Investeren in mensen, processen en technologie
Een evenwichtige investering in informatiebeveiliging richt zich niet alleen op tools, maar ook op mensen en processen. Zonder duidelijke afspraken, getrainde medewerkers en een consistent beleid hebben technische oplossingen weinig effect.
Essentiële investeringsgebieden:
- Mens: Awarenessprogramma’s, phishingsimulaties, incidenttrainingen, security officers.
- Proces: Duidelijke protocollen voor toegang, logging, meldingen, escalatie.
- Technologie: Monitoring, netwerksegmentatie, EDR, back-upsystemen, patchmanagement.
Deze elementen versterken elkaar. Een phishingfilter helpt pas echt als medewerkers ook weten wat ze moeten melden. Een back-up is waardevol als er getest is of die ook werkelijk werkt.
Instellingen die hierin investeren, maken van informatiebeveiliging geen kostenpost, maar een strategisch voordeel.

Samengevat
Digitale weerbaarheid in de zorg vereist meer dan losse maatregelen of minimale compliance. Het gaat om het structureel verankeren van informatiebeveiliging in bestuur, cultuur, en risicobeheersing, met focus op continuïteit en patiëntveiligheid. De optelsom van externe dreigingen, ketenafhankelijkheden en strenger toezicht maakt het noodzakelijk om beveiliging te behandelen als strategisch speerpunt.
1. Informatiebeveiliging is een bestuursverantwoordelijkheid, geen IT-taak
Besturen moeten actief sturen op risicobeheersing, niet alleen beleidsdocumenten goedkeuren. Aansprakelijkheid en toezicht richten zich nadrukkelijk op bestuurlijk niveau.
2. Cyberrisico’s zijn bedrijfsrisico’s die direct impact hebben op zorgcontinuïteit
De gevolgen van aanvallen raken de kern van de zorgverlening, niet alleen ondersteunende systemen. Risico-inschattingen moeten gekoppeld zijn aan scenario’s met operationele en medische impact.
3. Compliance is een ondergrens, geen garantie voor veiligheid
Wettelijke kaders zoals NIS2, AVG en NEN-normen stellen minimale eisen, maar voorkomen geen incidenten. Organisaties die alleen op compliance sturen, missen strategische weerbaarheid.
4. Preventie is aantoonbaar goedkoper en effectiever dan herstel
Incidenten brengen langdurige verstoring, hoge kosten en reputatieschade met zich mee. Investeren in bewustwording, technische maatregelen en planning voorkomt veel grotere schade achteraf.
5. Securitycultuur bepaalt de effectiviteit van technische maatregelen
Zonder gedragen beleid en betrokken medewerkers blijft technologie beperkt effectief. Organisaties met een sterke cultuur herstellen sneller en zijn beter voorbereid op nieuwe dreigingen.
6. Verzekeren kan pas als de basis op orde is
Cyberverzekeringen zijn geen vangnet voor slecht beleid. Zonder aantoonbare maatregelen, training en monitoring is dekking vaak beperkt of uitgesloten.
7. Digitale weerbaarheid vereist structurele investering, niet incidentele projecten
Beveiliging moet onderdeel zijn van reguliere begroting, beleidsontwikkeling en zorgstrategie. Ad-hoc aanpakken leiden tot versnippering en onvoldoende bescherming tegen structurele dreigingen.
8. Ketenrisico’s zijn een blinde vlek in veel beveiligingsstrategieën
Zorginstellingen blijven eindverantwoordelijk voor uitbestede processen en dataverwerking. Contractuele, technische en organisatorische beheersing van leveranciers is essentieel.
9. Incidentresponsplannen moeten uitvoerbaar én getest zijn
Papieren plannen zonder oefening zijn waardeloos op het moment dat elke minuut telt. Snelheid van handelen na een aanval bepaalt de impact, niet de omvang van het incident.
10. Informatiebeveiliging is fundamenteel voor vertrouwen, veiligheid en continuïteit
Zonder solide beveiliging staat het maatschappelijk vertrouwen, de kwaliteit van zorg en de veerkracht van het zorgsysteem onder druk. Het gaat hier niet om technologie, maar om verantwoordelijkheid.

